Ga naar de inhoud

Huntenpop 2005

Huntenpop, Varsselder, 3 september 2005

Inmiddels gezegend met de bijnaam “het pinkpop van het Oosten” krijgt Huntenpop steeds meer nationale en internationale faam. De formule is wat mij betreft raak: Veel bands in vijf tents. Tenten, sorry. En de keuze voor de bands er altijd weer een waarvan inmiddels gebleken is dat je die rustig aan de organisatie kunt overlaten. Vaak nog onbekende bands maar met een onmiskenbare potentie om binnenkort door te stoten naar het grotere publiek. In ieder geval bands van een kwalitatief hoog niveau. Als het nog 1978 was geweest had hier bijvoorbeeld U2 gestaan kunnen hebben. Deze keer dan geen U2 natuurlijk, wel AK4711 (wie zei daar dat alles steeds maar meer moet zijn?) Een van de Duitse bands van deze aflevering. Ik heb ze gemist (33 bands in 10 uur, wat wil je?!?) maar zag nog wel delen van het optreden van landgenoten Juli (mooie, ongecompliceerde pop-metal met hitpotentie (die ze in Duitsland al waargemaakt hebben)), en het overdonderende In Extremo. Die laatste maakte er wel een bijzonder potje van. Overdonderende Duitse schlager-metal gespeeld op zo te zien Middeleeuwse instrumenten als daar zijn: de draailier, de doedelzak en een soort mega-uitvoering van de luit en de harp. Met een flink publieksmennende act waarbij de mannen met ontbloot getatoeerd bovenlijf  zeer trefzeker overkwamen. Een overtuigende festivalact. Muzikaal kan ik het niet zo goed beoordelen want ik zag telkens maar stukjes, heen en weer lopend tussen andere favoriete acts. Maar de reacties van andere mensen die ik tegenkwam spraken boekdelen.

Belgie was een tweede constante factor in de programmering. Een van mijn favorieten, Gabriel Rios, heb ik gemist doordat de programmering op een gegeven moment helemaal niet meer klopte. Een fors minpunt helaas voor de organisatie, die wel z’n best had gedaan om de bezoekers van tevoren met een kaartje te informeren over de tijden, maar vervolgens naliet te waarschuwen dat begintijden fors naar voren verschoven werden. Dat gegeven in combinatie met een opeenhoping van grote acts op 1 tijd maakte het voor de liefhebber onmogelijk zijn echte favorieten nog goed te “plannen”. Niets is frustrerender dan voor een bepaalde act te komen en vervolgens er achter te komen dat die al aan het eind van zijn optreden is gekomen!

Op die manier miste ik ook bijna het optreden van Admiral Freebee, nog zo’n Belg, en dat optreden had ik zeker niet willen missen. Een van de hoogtepunten. Op een snoeihard geluidsniveau speelde de Admiral zonder opsmuk maar met 100% overgave een moderne, opgevoerde versie van muziek die duidelijk geïnspireerd was door Neil Young en Rolling Stones. Zeer gedreven. Helaas geteisterd door technische problemen, maar daar wist hij een aardige draai aan te geven. Zijn rauwe,scheurende maar soms toch nog erg poppy klinkende songs, stonden in schril contrast met landgenoot Sarah Bettens, die flink wat subtiliteiten verwerkt in haar popsongs.

Zij stond in de tent daarnaast, met een stevige band om haar heen. Stevig zowel qua muzikale bagage als muzikale power, want ondanks de subtiele invloeden rockten ze toch regelmatig er op los. Sarah heeft een mooie stem, al vind ik haar ingetogen presentatie vaak neigen naar saaiheid. Dat gevaar loerde hier ook telkens om de hoek, maar de balans bleef telkens naar de goede kant uitslaan. Met een overweldigend “Not an addict” en een cover van Stealer’s Wheel (Stuck in the middle with you) uitgevoerd op twee akoestische gitaren, werd het optreden regelmatig tot grote hoogten gestuwd. Niet sensationeel, gewoon erg goed.

Zoals Sarah Bettens geen echte Belg meer is in de zin dat ze in de VS woont, is Novastar geen echte Belgenband omdat Joost Zwegers van oorsprong een Nederlander is. Komaan, niet gezeurd, ook Novastar rekenen we tot de Belgenpop. Helaas ook hier weer een optreden met technische problemen, waardoor voorman Zwegers flink opgefokt raakte. Dat was jammer, want de muziek mocht er erg wezen. Mooie sfeermuziek, slepend en toch krachtig op de planken gezet. De broekspijpen flapperden om mijn benen door de enorme power-bas. In de tent waar 2 jaar geleden Ozark Henry vlamde, trad nu zijn evenknie op met toch ook wel een mooi optreden. Halverwege ben ik toch even weggegaan om naar Little Axe te gaan kijken, maar tot mijn spijt stond hier een hele andere band te spelen! Leuk hoor, reggae, en ik hoorde en passant een schitterende, inventieve gitaarsolo, maar daar was ik niet voor gekomen! Omdat ik mijn plekje vooraan bij Novastar inmiddels kwijt was ben ik daarom maar doorgelopen naar het Nederlandse Intwine, favoriet bij de kids onder ons gezelschap.

En inmiddels ook gestegen in mijn achting, want wat een lekkere set was dat! Ze hebben inmiddels een paar (erg goede) hits op hun naam staan, maar de live-performance mag er ook wezen. Enorm stuwend gespeelde stevige rock, metal soms, maar dan wel met veel speelse variaties qua ritme. Zo stond er naast de toch al inventief trommelende drummer nu een complete percussieset met bongo’s en conga’s naast, waardoor er af en toe een soort salsa-metal ontstond. Bijzonder, en goed.

Inmiddels zaten we duidelijk in het top-gedeelte en was het flink heen en weer rennen en stukken concert missen. Des te vreemder was het daarom om er achter te komen dat op enig moment er, op 1 tent na, geen enkele band meer speelde. Dat had ook weer met de vreemde verschuivingen in het programma te maken. Het wachten werd goed gemaakt door een tweede hoogtepunt, het optreden van Madrugada.

De Noorse band die op de plaat sfeervolle, donkere rock maken, met als enige minpuntje wat mij betreft nog wel eens het ontbreken van goede songs. Daarvan was op het podium gelukkig niet veel te merken. Het optreden, met mooie sfeerbepalende achtergrondbelichting, werd gekenmerkt door krachtig neergezette songs met een gedreven voordracht van zanger Siver Hoyem. Met bezwerende gebaren en gepassioneerde zang, de microfoonstandaard af en toe als een geliefde omklemmend, dan weer woedend op het podium kwakkend, hield hij met zijn solide band het publiek aan zich gekluisterd. Wat mij betreft zeker een hoogtepunt en daarna kan het natuurlijk alleen nog maar tegenvallen.

Nou ja, tegenvallen, de feestrock van het Ierse NECK was zeker niet slecht en de feestende massa kon het zeker waarderen, maar muzikaal hoorde ik niet zo veel nieuws, we hadden the Pogues toch al? Maar goed, Ierse muziek met tin whistle en viool gecombineerd met rockende gitaren doet het wel goed als afsluiter. Dat had het Italiaanse Roy Paci & Aretuska zeker ook gedaan, maar hun optreden viel door familieomstandigheden helaas uit.

Wat heb ik nog niet genoemd? Veel. Zoals het veel te laat beginnende Out of Many, die daardoor maar een korte reggae-set konden laten horen, maar wel erg lekker.

Of de Rory Gallagher-kloon Julian Sas, die zeker voor de liefhebber van stevige bluesrock een no-nonsense pot heftig gitaarwerk over het publiek goot. En wat klinkt zo’n ouderwets Hammond-orgel mooi! Ook het Britse Mostly Autumn vind ik nog wel de moeite van het vermelden waard, metal-achtige pop met fladderende vrouwenzang (soms met z’n drieen!).

Dat fladderende slaat natuurlijk zeker ook op de lange jurken, maar gelukkig wist deze band de Gothic-cliches verder redelijk achter zich te laten. Of dat bij Epica en Nemesis gebeurde kan ik niet beoordelen, want die heb ik niet gezien, maar de kans lijkt me een stuk kleiner. Aan het aantal T-shirts te zien had met name Epica een volle tent te verwachten. Die volle tent zal er zeker ook wel bij Daniel Lohues geweest zijn, maar ook die viel voor mij door de rommelige programmering tussen wal en schip. Ik heb nog net de laatste 20 seconden gehoord en dat klonk wel naar meer. En verder miste ik natuurlijk heel veel Gelders talent, waarvan ik slechts wat flarden zag. Roosbeef klonk verrassend en verrassend goed.

Je moeder overtuigde vooral door de inzet van de band die een soort jump-metal a la Biohazard, maar dan gekruist met Ali B maakte. The Clementines werd door de kids geroemd maar heb ik zelf niet gezien. En dat geldt ook voor alle artiesten die ik verder hier niet noem; te veel om alles te zien….

Huntenpop 2005 was qua sfeer en programmering weer vanouds goed. Helaas werd deze aflevering geplaagd door afzeggingen, technische storingen en een rommelige en onlogische programmering. Dat er desalniettemin veel te genieten viel kan alleen maar betekenen dat de organisatie zo’n hoog niveau nastreeft dat er nog flink wat reserve overblijft. Dat is inmiddels een garantie voor een goed festival en in de hoop dat de minpuntjes volgend jaar overwonnen worden zal ik zeker weer van de partij zijn!