Matt Corby (en Jarryd James), Paradiso Amsterdam, 8 februari 2019
The voice. Dat schijnt een tvprogramma te zijn. Maar het is ook de eerste ingeving die ik heb na een avond Matt Corby. Want dat is toch wel wat je met enige regelmaat overvalt tijdens zo’n concert in Paradiso, op vrijdag 8 februari, samen met Bas: Het gevoel dat die man een en al stem is. Een bijzonder persoonlijke stem. Vaak, zoals in de eerste nummers van het concert, heel ingetogen, rustig, soepel, jazzy en vol met soul. Maar af en toe trekt hij even alle registers open en dan valt pas zijn ongelooflijke expressie op. Power zonder dat het schreeuwen wordt. Beheerste kracht, getemde explosies.
Die expressie kwam net op tijd. Want zoals gezegd, het begin stond in het teken van zwoele ingetogen perfect georchestreerde soepel swingende croonende ballads, vooral van het laatste album. Maar pas na een nummer of zes, net op het moment dat je denkt: Ik mis wat vuurwerk, ontstaat de ruimte voor de denkbeeldige voetbalcommentator om te roepen: “Komt dat schot!” En explodeert het eerste nummer met mondopenvallende uithalen. Beurtelings wisselend tussen zijn staande positie achter de keyboards, zittend achter de tweede drums of voor op het podium met zijn gitaar, oogt Corby als de relaxtheid zelve. Maar in een nummer waar beide toetsenisten hem alleen laten met 2e gitarist, bassist en drummer, laat hij ook horen dat hij redelijk agressief kan rocken. Geen gewone rock, ook dit gitaargeorienteerde nummer zit zo vol met jazz en soul dat er een ontzettend smeuiige pot van gekookt wordt.
De conclusie, na helaas slechts één toegift (die wel erg lekker meezingbaar bleek): Een perfect neergezette set muziek, met croonende zang, soepele jazzy soul en vooral: Die stem!